Tenaanval

Tenaanval

Over bibliothecarissen, bibliotheken, leesbevordering en soms over kunst

poëzie

All of the posts under the "poëzie" tag.

Een gedicht waar je wat aan hebt

Het Poëziecentrum in Gent vergadert blijkbaar te veel, want ze zijn op zoek gegaan naar een goede manier om een Zoom-meeting vroegtijdig te verlaten. Een betere manier dan “veinzen dat je internetverbinding wordt verbroken, jezelf bevriezen in beeld, zorgen dat nét wanneer je er genoeg van hebt, de batterij van je laptop leeg is”. Daarom vroegen ze dichter Edward van de Vendel om een ‘elegant poëtisch excuus’ te schrijven. Dat was een goede keuze, want Van de Vendel is de schrijver van de bundel ‘Wat je moet doen als je over een nijlpaard struikelt‘, ondertitel: gedichten waar je wat aan hebt.

En inderdaad: ook voor dit probleem heeft Van de Vendel een oplossing in de vorm van een gedicht. Om te demonstreren hoe je dat dan doet maakten ze er bij het Poëziecentrum ook nog een filmpje bij, waarin Robby Cleiren het voor doet. Ik zou het zelf ietsje tactischer brenger, maar het werkt wel. Waarschijnlijk is de tip de ze er bij geven om de tekst van het gedicht in het chatvenster te plakken effectiever.

Mocht je het prachtige boek van Van de Vendel niet kennen dan kun je hier een idee krijgen van wat voor soort gedichten het zijn. In het fragment leest de dichter het gedicht ‘Wat je moet doen als je super blij bent’ voor. Doe er je voordeel mee.

De presidentskandidaat en de dichter

Gisteravond zag ik op Twitter opeens bovenstaand nieuw campagnespotje van Joe Biden voorbijkomen en ik vind het geweldig, daarom deel ik het hier graag. Het is een mooi filmpje maar het mooist vind ik nog wel dat om een verfilmd gedicht gaat. Of nou ja, verfilmd: de tekst van het gedicht is gemonteerd over zwart-wit beelden uit de actualiteit en foto’s van Biden terwijl je hem intussen het gedicht hoort reciteren.

Ik vind het heel bijzonder: in een verkiezingsstrijd, en dan ook nog eens in zo’n nare, bittere strijd als deze, een spotje maken zonder beschuldigingen, beledigingen of beloftes maar met een gedicht over hoop. Als een bemoediging. Joe Biden citeert veel vaker dichters leert een klein rondje Youtube, het liefst Ierse dichters. Hij citeert ze zelfs zo vaak dat Obama er grapjes over maakte in de tijd dat ze samenwerkten.

Dit gedicht The Cure at Troy van Seamus Heaney is blijkbaar een van zijn favoriete gedichten, want hij citeert het vaker, zelfs in de speech waarin hij de nominatie voor presidentskandidaat accepteerde. Het citaat is maar een klein stukje uit het gedicht want The Cure at Troy is een boek, een bewerking van het toneelstuk Philoctes van Sofokles, dat zich afspeelt tijdens de Trojaanse oorlogen. Interessant allemaal. Maar het allerinteressants vind ik toch wel dat een presidentskandidaat een gedicht centraal zet in een verkiezingsspotje. Omdat het mooi is en hoop geeft en dus belangrijk is. En zijn kiezers vinden het prachtig. Ik probeer me voor te stellen dat een Nederlandse politicus zoiets zou doen. Die zou belachelijk gemaakt worden denk ik. Jammer.

Een gedicht op onze trap

Brohlin op de trap (foto: John Peters)

De bibliotheek Bibliorura ligt een beetje verscholen in een winkelstraat in Roermond. In de mooiste winkelstraat van de stad, dat dan weer wel, maar verscholen. De bibliotheek bestaat uit een aantal oude gebouwen waar achter een heel nieuw complex is opgetrokken, maar dat zie je van de buitenkant niet. En ondanks het feit dat er met koeien van letters ‘Stadsbibliotheek’ op de gevel staat weten toch veel mensen niet dat we daar zitten.

De afgelopen jaren hebben we nagedacht over hoe we meer zichtbaar konden zijn. Letterlijk zichtbaar. Van een architect die we daarbij hadden ingeschakeld leerde ik dat onze onzichtbaarheid onder andere te maken heeft met het feit dat precies op het punt waar wij liggen, de straat versmalt en dat mensen daarom ‘op de weg letten’ in plaats van om zich heen te kijken. Dus dat we iets moesten verzinnen om letterlijk de blik te vangen. Die opmerking, gecombineerd met een enorme trap voor onze ingang die het de mensen ook nog eens niet altijd gemakkelijk maakt om binnen te komen én iemand die mij wees op een project over poëzie op straat leidde tot het idee van een gedicht op de trap.

Ik vond het zelf een heel goed idee, maar hoe dan? En wat? Dus hebben we contact gezocht met het bedrijf dat de trap gemaakt had en volgens hen zou er best een tekst in het natuursteen kunnen worden aangebracht. Toen die eerste hobbel genomen was kwam de vraag: maar wat dan? Want wat voor gedicht zet je dan op zo’n trap? Omdat ik daar zelf niet echt uitkwam heb ik contact gezocht met het Huis voor de Kunsten Limburg. In samenwerking met Merlijn Huntjens, de consulent Literatuur van het Huis, kwamen we tot het idee om een jonge dichter een opdracht te geven om speciaal voor de bibliotheek een gedicht te schrijven. De keuze viel op de Roermondse rapper en spoken word artist Brohlin Coumans. Hij werd in contact gebracht met Kila van der Starre, specialist op het gebied van straatpoëzie, die hem bij het schrijven coachte. Het resultaat was een prachtig gedicht over lezen. De eerste zin van het gedicht luidt: mijn allerliefste oma leerde mij lezen. Dat is een verwijzing naar zijn oma, de kunstenares Truus Coumans, van wie een beeld op een steenworp afstand in dezelfde straat staat. Op de site straatpoezie.nl is het hele gedicht goed leesbaar en voorzien van achtergrondinformatie te vinden. Sowieso een aanrader, die website.

Gistermiddag werd het gedicht officieel onthuld, in aanwezigheid van iedereen die bij het gedicht betrokken was. Inclusief de steenhouwer die vertelde dat ze het zelf ook best een uitdaging hadden gevonden, dat zandstralen op straat. Het was een mooi feestje met workshops over straatpoëzie en spoken word als afsluiting. Om een beeld te krijgen van het de onthulling is hier nog een mooi verslag te vinden waarin de dichter geïnterviewd wordt. In het item wordt overigens gezegd dat dit het eerste gedicht in Limburg is dat speciaal voor de locatie geschreven is, maar dat is een misverstand.

Ik ben er heel blij mee. Of het gedicht letterlijk voor meer zichtbaarheid van het gebouw gaat zorgen moeten we even afwachten, maar gezien de belangstelling voor de onthulling gisteren en alle positieve reacties die we krijgen heeft het de bibliotheek wel weer in beeld gebracht als organisatie die zich met lezen bezig houdt. En dat vind ik onze kernactiviteit.

De letters van Utrecht

Misschien ben ik er wel eens over gestruikeld, over de letters van Utrecht. Maar dat kan ik me niet herinneren. En misschien had ik ook al eens eerder van dit initiatief gehoord, want het kwam me vaag bekend voor. Maar toch werd ik heel erg blij van dit zeven jaar oude filmpje. En van de geweldige website die hier bij hoort. De Letters van Utrecht is een langzaam groeiend gedicht in de straten in het centrum van Utrecht. Het gedicht groeit met één letter per week: elke zaterdag tussen 13 en 14 uur wordt er door een steenhouwer ter plekke één letter van het gedicht gehouwen.

Ze zijn begonnen in juni 2012 en toen hebben ze meteen de eerste 648 letters gelegd, ik neem aan om alvast zichtbaar te maken waar ze mee bezig zijn. Maar sinds die tijd dus elke zaterdag één letter. Vandaag werd letter 1024 gehouwen, dat is de letter o. Op de website is dat allemaal precies terug te lezen, ook door wie de letter van deze week werd gesponsord. Het gedicht groeit op deze manier met ongeveer vijf meter per jaar en ze schrijven het nadrukkelijk voor de volgende generatie. Aan de sponsorpagina zie je dat dit aspect ook zo de deelnemers wordt ervaren, want voor zover ik kan zien zijn de stenen allemaal aan iemand of aan een gelegenheid opgedragen. De steen van vorige week bijvoorbeeld is Voor Ankie die 60 is geworden en op deze manier een deel blijft uitmaken van haar geliefde Utrecht. Of de steen van de week daarvóór, die is voor de melkboer uit de Sterrenwijk. Ik vind het prachtig dat die melkboer nu dus voor de eeuwigheid langs een Utrechtse gracht ligt. Of nou ja, de eeuwigheid… Zolang de grachten blijven bestaan dan.

Het gedicht wordt geschreven door verschillende dichters, elke dichter wordt gevraagd om ongeveer 125 tekens te schrijven. Inmiddels is dichter nummer 8 aan de beurt. De mooiste zin uit het filmpje hierboven vind ik “En zo hopen wij dat de beschaving in stand wordt gehouden.” Het project is een initiatief van het Utrechts Stadsdichtersgilde en is ook te volgen op Twitter. En ze gaan door: “Iedere zaterdag, zolang er zaterdagen zijn.”

Een gedicht (voor de bieb)

Watch Scroobius Pip’s poem ‘Library’ commissioned by Chris Hawkins and brought to life as part of our celebration of libraries.

Een geanimeerde versie van het gedicht Library, dat de Britse rapper Scroobius Pip schreef in opdracht van radiopresentator Chris Hawkins. De dichter presenteerde het live in Hawkins’ radioprogramma op BBC Radio 6 Music in november 2014. Geen idee of er een speciale reden was voor dit gedicht, of dat de BBC gewoon bibliotheken in het algemeen wilde vieren. Rondom de National Library Day van vorige week hebben de Britse bibliotheken dankbaar van dit gedicht gebruik gemaakt. Dat snap ik wel, want ik vind het erg leuk. Het gedicht rijmt niet echt, geeft Pip toe, maar dat is net zo fijn van de bibliotheek, dat we dat niet erg vinden, dat gedichten niet rijmen.

Ik kende noch Scroobius Pip, noch Chris Hawkins om eerlijk te zijn. De laatste heeft een ochtendprogramma bij BBC Radio 6 Music, dat is een digitaal radiokanaal van de BBC.  Een interessante actie vind ik het, heel sympathiek ook.

Onwillekeurig probeer ik toch een Nederlandse pendant van dit voorbeeld te zoeken, maar ik heb besloten om dat maar niet te doen. Om dit maar gewoon een Britse actie te laten en niet te proberen daar een slap aftreksel van te verzinnen. Wat overigens toch nooit uitgevoerd zou worden, dus wat zal ik moeite doen?

Naschrift: Patrick wees me op deze link, waarin wordt uitgelegd hoe dat zit met de BBC en hun viering van bibliotheken. 

Een dichter in de bieb

rodaan lezerAan de vooravond van de week van de alfabetisering wil ik nog even met jullie delen hoe ons vorige Taalcafé verlopen is. Dat vond plaats in juni, al even geleden dus. Voor dat Taalcafé hadden we de dichter Rodaan al Galidi uitgenodigd. Eerlijk gezegd kende ik Al Galidi alleen maar van het gedicht van hem dat lang achter de bar van Perdu heeft gehangen, maar Trudy, onze coördinator van het Taalcoach project en algehele laaggeletterden deskundige wist zeker dat het leuk zou zijn dus ik had er alle vertrouwen in.

En boy, had ze gelijk! Het werd een geweldige avond.  Terwijl de bibliotheek volliep zei Al Galidi tegen me “goh, wat leuk. Het zijn heel veel asielzoeker. Dat had ik niet verwacht. Dan ga ik mijn taal aanpassen, dan ga ik asielzoekers-Nederlands praten.” “Huh? Is dat anders dan?” “Ja. Je merkt het zo wel.” Ik hoorde het verschil niet precies, maar hij zorgde er inderdaad wel voor dat hij begrijpelijk was voor iedereen. Een van de eerste dingen die hij deed was een jongen uit de zaal op het podium halen om een gedicht voor te lezen. Dat zie je op de foto hierboven. Om heel eerlijk te zijn was er niet zo heel veel van te verstaan, van wat hij voorlas, maar hij kreeg een daverend applaus. Omdat de dichter uitlegde dat de jongen hem zo aan zichzelf deed denken. “Ik praatte precies zo, toen ik pas in Nederland was. Ik had precies hetzelfde accent. En dat kan niet, want jij komt uit Afghanistan en ik uit Irak. Maar toch klonk ik zo. Hoe lang ben je in Nederland? Twee maanden? Zo, dan is het heel knap dat je dit kunt voorlezen.” Daarmee was de toon van de avond gezet. Al Galidi vertelde over zijn vlucht uit Irak en over zijn zwerftocht door Nederland; van het ene asielzoekerscentrum naar het andere. Over zijn wil om te schrijven, over zijn literaire prijzen, en over zijn problemen met het inburgeringsexamen, over bureaucratie en regeltjes en over de moeite die hij doet om Nederlander te worden. Dat klinkt heel tragisch, en het is ook een tragisch verhaal, maar hij vertelde het met heel veel humor. En het was geweldig om de helft van de zaal alsmaar heftig te zien knikken en kreten van herkenning te horen slaken. Hij had rake observaties over Nederland en de Nederlanders en goede tips voor de inburgeraars.

Maar het mooie van de avond was dat er niet alleen inburgeraars in de zaal zaten, er was ook een aantal mensen die we nog nooit gezien hadden. Poëzieliefhebbers. Volgens mij was er zelfs een klein poëzieclubje aanwezig. In de pauze kwam een oudere man naar Al Galidi toe die zijn hand schudde en die niet meer los liet. “Ik wil even zeggen dat ik uw brief voor de Koning zo prachtig vond. Ik was er echt ontroerd door en dat gebeurt niet zo snel. Toen ik in de krant las dat u hier zou optreden wilde ik u dat graag persoonlijk vertellen.” En voor de mensen die bij die titel ook meteen aan Tonke Dragt moeten denken: die man bedoelde een artikel dat de dichter had geschreven voor het NRC.

Op de Facebook pagina van onze bibliotheek zie je meer foto’s van het optreden, daar zie je onder andere een jongetje van een jaar of 10 dat ook op het podium een gedicht staat voor te lezen. Vlekkeloos. Iedereen die op het podium werd geroepen kreeg een dichtbundel mee, als dank. In de pauze zat de jongen samen met een ander jongetje (dat ook een boek had gekregen) driftig te bladeren in de dichtbundel: “kijk, deze is ook mooi!”  Zo krijg je kinderen wel enthousiast voor poëzie…

De boekhandel had er van te voren niet zo veel vertrouwen in, die bracht een doosje met zo’n 25 exemplaren van de drie verschillende titels die ze nog te pakken konden krijgen en daar lieten ze het bij. Ze verwachtten er duidelijk niet al te veel van. Aan het einde van de avond was de doos leeg. En de rugzak van de dichter ook: hij gaf alle inburgeraars die hij sprak een boekje cadeau. En alle Nederlanders kregen een boekje voor de halve prijs, op voorwaarde dat ze iets nuttigs zouden doen voor een vluchteling.

Terwijl ik na afloop van zijn optreden de dichter naar het station bracht gaf hij toe dat het commercieel niet zo heel handig was, dat gratis of voor half geld weggeven. “Maar dat vind ik gewoon leuk. Daar word ik nou blij van.” En ik ook. Volgend jaar komtie weer. Dat heeft hij althans beloofd aan de volle zaal. En dan komt iedereen weer. Want hij heeft er een hoop fans bijgekregen in de Bollenstreek.

I like a girl who reads

Poëzie!

Een prachtig gedicht met bijbehorend clipje over meisjes die lezen: What do you go for, in a girl? Als je hier geen klas vol pubers enthousiast mee krijgt dan weet ik het ook niet meer.

Met dank aan Jeroen van Beijnen voor de tip

Een Taalcafé met haiku’s

DSC01867Veel boeken zijn hier – ze praten met ons heel zacht – willen met ons mee

Vanavond was er in de bibliotheek in Lisse weer een Taalcafé. Vanwege de Week van de alfabetisering was er een tentoonstelling georganiseerd van haiku’s, die in het vorige Taalcafé geschreven waren door taalcoaches, inburgeraars en NT1 leerlingen van het ID college. De wethouder van Lisse, niet geheel toevallig een enorme poëzieliefhebber, opende de tentoonstelling door een haiku uit zijn verzameling voor te lezen. Hij bekende dat hij zelf ook haiku’s schreef, maar die nu niet durfde voor te lezen. Daar hadden een aantal van de aanwezige schrijvers minder problemen mee: giechelend en soms een beetje hakkelend lazen ze hun gedichten voor.

Eerlijk gezegd had ik van tevoren niet zo heel veel vertrouwen in het idee: haiku’s maken met inburgeraars en laaggeletterden, da’s toch veel te moeilijk? Maar dat blijkt reuze mee te vallen. Als je goede begeleiding hebt is het prima te doen. Het is juist handig dat het zo kort en volgens een vast stramien moet.

Het gedicht hierboven is mijn favoriet. Saied (de maker) vertelde dat hij bij het vorige Taalcafé het zo erg vond dat al die boeken daar maar lagen en dat niemand naar ze omkeek. Vandaar. De tentoonstelling is maar tijdelijk, maar dit gedicht mogen we laten hangen. Als het aan mij ligt gaan we het heel groot ergens op een muur schilderen.

Het was weer een erg geslaagde avond: er zijn weer adressen uitgewisseld, vervolgafspraakjes gemaakt en er is veel gepraat, want dat is de bedoeling van het Taalcafé. Ik heb iemand, naar aanleiding van een van de gedichten horen uitleggen wat het woord vloed betekende “je bent toch wel eens bij de zee geweest? Als al dat water dan komt…”, twee dames hebben mij laten zien dat hun vader is getekend door Rien Poortvliet in Te hooi en te gras en de wethouder heeft aan een Iraaks meisje een lesje staatkunde gegeven: hoe zit dat nou met de gemeenteraad en het college van B&W? Bij het afscheid zei hij tegen ons: “als je me nog een keer nodig hebt dan hoor ik het wel he?”.

Over drie maanden is er weer een Taalcafé. Heb ik nu al zin in.

DSC01879

Op Facebook zijn trouwens meer foto’s van het Taalcafé te vinden.

Jeanine Deckers 11 september 2013 1 Comment Permalink

Gedichten googelen

googlepoetics2Een Tumblr waarop mooie auto-aanvullingen in Google verzameld worden, onder elkaar gezet als een gedicht. Zoals ze zelf zeggen: Google writes poetry on subjects that people are truly interested in. Er is ook een Nederlandse versie, daar zeggen ze het zo Wij verspreiden de prachtige poëzie die verborgen zit tussen de zoekregeltjes van Google. Vind zelf de Engelstalige versie leuker.

Als ik in Google bovenstaande zoekterm intyp krijg ik nooit Why can’t i be skinny. Dat bewijst maar weer eens dat Google mij heel goed kent :-).

Ze zitten ook op Twitter, kan ik aanraden. Fijn af en toe een gedicht in je tijdlijn.

Poëzie uit de brievenbus

Poëzie op het scherm is een initiatief van het Nederlands Letterenfonds. In samenwerking met het Mondriaan fonds bieden ze tweejaarlijks een aantal dichters en schrijvers de gelegenheid om in samenwerking met een vormgever een literair werk voor op het scherm te maken. Vanuit dat project heeft het afgelopen jaar het gedicht Welcome Stranger in de bibliotheek gedraaid.

Op zoek naar iets nieuws kwam ik dit tegen: Poëzie uit de brievenbus. Met de app 200tonTNT kun je op een brievenbus opeens gedichten lezen (bekijk het filmpje even, daarin wordt uitgelegd hoe het werkt). Maarten Doorman schreef zeven gedichten: voor elke dag van de week een. In plaats van iets ín de brievenbus te gooien, komt er nou opeens iets uit: een gedicht.

Het gedicht voor de zaterdag heb ik vanmiddag gelezen. Je krijgt wel een beetje rare blikken van voorbijgangers als je opeens met je telefoon voor de brievenbus staat, maar het is toch erg leuk. Doorman zelf noemt dit overigens geen gedicht, maar beeldhouwkunst, omdat het een soort van driedimensionaal werk is dat iets met de ruimte doet.

De 2012 serie van Poëzie op het scherm bestaat geheel uit werken voor mobiele schermen en werken met augmented reality. We zijn er nog niet helemaal uit hoe we dit gaan aanbieden in de Airport Library, maar ik wil er zeker iets mee gaan doen want ik vind het prachtig.

De gedichten zijn ook te vinden op digidicht.nl, waar nieuwe vormen van poëzie ontwikkeld worden. Iedereen kan daar mee doen. Ook mooi

get_footer() ?>