Hoezo mag de klassieke bibliotheek niet meer?
Een paar maanden geleden werd ik op Twitter gecorrigeerd door iemand omdat ik de term ‘uitleenfabriek’ gebruikte. De term uitleenfabriek suggereert dat we alleen maar boeken uitlenen en bibliotheken waren altijd veel meer dan alleen dat. Wat diegene precies schreef weet ik niet meer want ik kan niet meer terugvinden wie dat ook alweer was die me daarop wees. In eerste instantie vond ik het een beetje flauw. Maar hoe langer ik er over nadenk hoe meer ik me realiseer dat diegene groot gelijk heeft.
Ik vind het zelf eigenlijk wel een lekker woord, uitleenfabriek, ik gebruik het al jaren. Ik heb meer problemen met mensen die het begrip “klassieke bibliotheek” gebruiken als iets negatiefs en dat is een irritatie in dezelfde categorie. Al die mensen die vinden dat de “klassieke bibliotheek” niet meer kan en dat die een transitie moet doormaken. Want de klassieke bibliotheek is een uitleenfabriek en dat is ouderwets en de nieuwe bibliotheek is hip want nieuw en die heeft een ‘community librarian’, want dat is nog hipper.
Mensen: hou daar eens mee op, met die flauwekul. Het doel van bibliotheken is altijd geweest om toegang te bieden tot kennis en informatie en om het lezen te bevorderen. Dat kun je op een heleboel verschillende manieren zeggen, je kunt het hebben over volksverheffing, literatuurpromotie, stimuleren van cultuur of over een leven lang leren maar we doen al meer dan honderd jaar in principe ongeveer hetzelfde, al gebruiken we nu andere middelen dan toen. En inderdaad: een paar jaar geleden was er een stroming binnen onze branche die zei dat bibliotheken op boekhandels moesten gaan lijken. Want boekhandels waren sexy en succesvol. Er werden retailformules bedacht omdat het dé manier zou zijn om de teruglopende uitleencijfers van bibliotheken op te krikken en die werden door een aantal bibliotheken overgenomen. Díe bibliotheken zou je een uitleenfabriek kunnen noemen, want hun doel was om zoveel mogelijk boeken uit te lenen. Ik kan niet goed inschatten over hoeveel bibliotheken we het dan hebben. In bepaalde provincies werd deze formule breed uitgerold en de meeste bibliotheken in Nederland namen elementen van dat retailconcept over om hun collectie aantrekkelijker te presenteren. Maar volgens mij zijn heel veel bibliotheken gewoon blijven doen wat ze altijd al deden: mensen helpen bij het vinden van informatie en een plek in de gemeenschap zijn voor iedereen. Maar dan met hun boeken net iets leuker gepresenteerd dan voorheen.
Vanwege de vergrijzing van de branche verlaten nu een heleboel collega’s het vak die weten hoe dat moet: er voor zorgen dat iedereen zich welkom voelt in de bibliotheek. Die oude rotten worden vervangen door nieuwe mensen, met nieuwe ideeën maar zonder bibliotheekopleiding omdat die niet meer bestaat. En die nieuwe mensen hebben nieuwe kwaliteiten maar ze missen de kennis en ervaring om van de bibliotheek de plek in de gemeenschap te maken waar iedereen zich thuis voelt. En daarom worden er nu nieuwe opleidingen uit de grond gestampt, zoals de opleiding tot community librarian. Ik vind het zelf een rotwoord (want hoezo opeens een Engelse term?) maar de opleiding zelf lijkt me prima. Studenten leren daar hoe ze er voor kunnen zorgen dat wat er in de bibliotheek gebeurt aansluit bij wat er in hun eigen gemeenschap leeft. Ze leren hoe ze in hun dienstverlening mensen kunnen stimuleren om zichzelf te verbeteren. Om te doen waar bibliotheken voor zijn opgericht en wat ze altijd al gedaan hebben dus. Je zou kunnen zeggen dat die bibliotheken met een community librarian dus weer teruggaan naar het klassieke bibliotheekwerk: ophouden met het zijn van een uitleenfabriek en weer opnieuw gaan doen waar je altijd al mee bezig was. Maar dan met nieuwe middelen.
De term ‘klassieke bibliotheek’ wordt de laatste tijd steeds vaker als een soort scheldwoord gebruikt. Het suggereert hoge boekenkasten en mahoniehouten tafels met koperen leeslampjes en een bibliothecaresse die vanachter haar catalogusbak fluistert dat je stil moet zijn. Er is geen openbare bibliotheek in Nederland die er zo uitziet. Tot verdriet van sommige bezoekers overigens. Al bijna 50 jaar niet meer want sinds de jaren ’70 zijn openbare bibliotheken bezig met het aansluiten bij waar mensen mee bezig zijn. De manieren waarop ze dat doen zijn in de loop van de tijd veranderd en de ene bibliotheek is daar actiever of beter in dan de ander. Maar ze zijn er allemaal mee bezig en ze doen allemaal hun best. Dus ik vind het nogal gemakkelijk om nu iets anders te suggereren. Om die paar bibliotheken die de laatste paar jaar al hun energie hebben gestopt in het uitlenen van zoveel mogelijk boeken als maatstaf te nemen en te roepen dat alle bibliotheken uitleenfabrieken zijn en dat het van nu af aan anders moet. Ik snap het wel, want dat bekt lekker. En het maakt de boodschap zo helder en dat moet van communicatie, zorgen dat je een heldere boodschap hebt. Maar het klopt niet. Want de meeste bibliotheken zijn nooit uitleenfabrieken geweest en de klassieke bibliotheek had altijd al een maatschappelijk/educatieve functie. Dus zullen we stoppen met het gebruik van die term uitleenfabriek en ook de uitdrukking klassieke bibliotheek niet meer in negatieve zin gebruiken? Want daarmee doen we onszelf en onze eigen geschiedenis te kort.
En voordat iemand nou zegt “wat maakt het nou uit hoe je iets noemt, het zijn toch maar woorden?”; daar zijn wij van, van woorden. Van taal. Dus laten we in elk geval over ons eigen vak de juiste woorden gebruiken. Lang leve de klassieke bibliotheek. En lang leve de bibliothecaris!
Wederom de spijker op zijn kop!
Heerlijk stuk om te lezen op weg naar, jawel, de openbare bibliotheek. Eens kijken hoe trendy we vandaag weer zijn …
Anne-Marie en Lisette, dank jullie wel!
Mooi artikel! Wellicht leuk om de link te delen op de LinkedIn-groep “Bibliotheek 2.0”?
Zie: https://www.linkedin.com/groups/1629937.
Ik ben moderator op die LinkedIn-groep en ik denk dat de ruim 2000 leden van die groep het ook interessant vinden!
Pieter,
Wist niet dat die Linkedin groep weer nieuw leven was ingeblazen, volgens mij ben ik daar al jaren lid van. Ik heb het artikel al gedeeld op Linkedin, vind het prima als het ook in die groep terecht komt.
@Jeanine Er wordt inderdaad weer nieuw leven geblazen in die groep! Ik ben sinds kort moderator geworden in die groep omdat ik de laatste tijd bij veel bibliotheken kom en daar veel interessante mensen spreek. De bibliotheek is volop in ontwikkeling. Daarom is zo’n LinkedIn-groep een waardevolle plek om artikelen en dergelijke te delen. Ik zou het daarom ook leuk vinden als jij je artikel wilt delen en daarom misschien ook benoemt waarom dit past in de discussie rondom de bibliotheek 3.0? Hopelijk ga je op deze uitnodiging in en zien we je bijdrage verschijnen op : https://www.linkedin.com/groups/1629937 Alvast bedankt!
Pieter, ik heb dat artikel gisteren al gedeeld in die groep.