Formuledenken
“Het formuledenken was toen erg in zwang. Het idee was dat je een formule verzon en die je overal kon uitrollen. Maar dat werkte niet dus daar zijn we mee gestopt.” Aldus Jo Althoff, formulemanager van Rabobank Nederland.
Hij zei dat gisteren, tijdens de bestuurlijke conferentie over bibliotheekvoorzieningen in kleine kernen en wijken, over de Servicewinkels die op initiatief van de Rabobank een aantal jaar geleden overal in het land geopend werden. Volgens Althoff werkten de Servicewinkels niet. “Een heleboel kleintjes bij elkaar blijft een verzameling kleintjes. Het had geen vitaliteit, er werd niets gecreëerd, het had geen toegevoegde waarde.”
De les die de Rabobank hier uit geleerd heeft is: maak geen standaardformule maar kijk per locatie wat de vraag is en welke mogelijkheden er zijn. Welke partijen zijn er op locatie, wat willen de mensen daar, wat leeft er? Ga uit van de lokale situatie.
Deze boodschap dragen wij (als adviseurs kleine kernen) al jaren uit maar ik kan me voorstellen dat het beter overkomt als de Rabobank het zegt. Vandaar dat ik het hier nog maar eens herhaal. In deze tijden van bezuinigingen zijn bibliotheken weer op zoek naar alternatieven voor vaste vestigingen en ik merk weer de behoefte aan één modelletje. Dat dan lekker kan worden uitgerold en dan is het probleem maar weer opgelost. Maar de Rabobank zegt dus dat dat niet slim is. Doe er je voordeel mee zou ik zeggen….
De Hema en AH zien dat als je het mij vraagt weer een beetje anders. Het ligt dus misschien ook aan het product dat je te bieden hebt. En dat kleine vestigingen geen vitaliteit kunnen hebben lijkt me onzin. Juist grote organisaties staan bekend om hun logheid. Het ligt aan de vrijheid die je krijgt.
Arda,
De Hema en de AH hebben ook niet overal dezelfde formule, die passen hun collectie ook aan aan de plaatselijke situatie. Die gaan flexibel om met hun aanbod, die vrijheid hebben de filiaalmanagers blijkbaar. En Althoff zei niet dat kleine vestigingen geen vitaliteit kunnen hebben, hij zei dat het niet werkt als je een aantal kleine clubjes die niks met elkaar hebben bij elkaar zet. Als er geen interactie is tussen die clubjes zal er niks gebeuren en wordt het nooit een vitaal geheel.
Wordpress heeft kuren en daarom kan ik in dit stuk geen link plaatsen, ik had een link naar een artikel willen maken waarin je kunt lezen hoe dat met die Servicewinkels zat. Daarin zaten bv. het energiebedrijf, de Rabobank en een uitzendbureau samen met een bibliotheek in een gebouw. Maar die deden niks samen, daarom mislukte het.
O, ik snap het nu van die ‘kleintjes’. Ik had niet door dat er meer partijen in zo’n winkel zaten, dacht dat het om (piep-)kleine Rabo-bankjes ging, met een beperkte functie. Dat verandert het beeld. Wat de Hema betreft, die heeft hoe dan ook alleen Hema-spullen, hoe kleiner het filiaal hoe meer ‘basic’ vermoed ik.
Vooral de foto van het zinkende schip en je zinnetje “maar ik kan me voorstellen dat het beter overkomt als de Rabobank het zegt” troffen mij. Bespeur ik hier een zekere vermoeidheid?
Irene,
Nee hoor. Dat is berusting. Ik heb me er een poos geleden al bij neergelegd dat bibliothecarissen elkaar niet echt serieus nemen als het over inhoud gaat. Dat we altijd zelf het wiel willen uitvinden en buitenstaanders gretig omarmen. Te gretig naar mijn zin.
Dat zinkend schip is een kunstwerk, klik maar op het plaatje.
Ik hoop nog steeds op de dag dat de bibliotheek een briljante uitvinding doet en dat het bedrijfsleven er achteraan gaat lopen. Niet andersom.
Stories Guy,
Dat lijkt me geweldig…..